Als je in een elektrisch auto rijdt dan weet je dat je een laadkabel nodig hebt, en ook dat het van cruciaal belang is om de juiste kabel te kiezen om snel te kunnen laden. Koop je een nieuwe (of gebruikte) EV dan zal er in de meeste gevallen een mobiele laadkabel worden meegeleverd, waarmee je kunt laden. Maar wat doe je als deze kapotgaat? Hoe kies je dan een nieuwe?
Nu de verkoop van elektrische voertuigen heel normaal is geworden, komen er ook steeds meer verschillende laadkabels op de markt die ook behoorlijk uiteenlopend geprijsd zijn. Het is dan ook niet echt eenvoudig te bepalen welke kabel het meest geschikt is voor jouw laadbehoefte. Er zijn gelukkig wel enkele adviezen te geven die een keuze misschien wat gemakkelijker maken.
Ken het type aansluiting van je auto
Het eerste en het belangrijkste is het weten welk type aansluiting je EV of plug-inhybride heeft. (Type 1, Type 2.) Al in 2014 werd de Type 2-stekker met 7 pinnen, ook Mennekes stekker genoemd, door de Europese commissie aangewezen als de standaard stekker voor laden van EV’s in Europa. Toch rijden er nog elektrische auto’s rond, met name uit Japan en de VS, die voorzien zijn van een Type 1-aansluiting; een Yazaki stekker met 5 pinnen. Heb je een EV met een type 1-aansluiting, kies dan toch een nieuwe laadkabel met een Type 2-aansluiting en gebruik een verloopstekker bij het laden. De kans dat een volgende auto geen Type 1-aansluiting meer heeft is zeer reëel.
Bepaal de laadsnelheid waarmee je wilt laden
Laadkabels zijn beschikbaar in verschillende snelheden, variërend van 16 Ampère, waarmee je 1-fase kunt laden tot een snelheid van 11 kW, tot 32 Ampère waarmee je tot 22 kW kunt laden in 3-fasen. Als we het hier over laden hebben dan hebben we het over laden met wisselstroom, AC (alternating current) genoemd. Bij wisselstroom wisselt de stroomrichting tussen de 50 en 60 keer per seconde van richting; van positief naar negatief. Wisselstroom maakt het mogelijk om stoom om te zetten naar verschillende spanningen en is in de wereld de meest gebruikte vorm van stroom. Dit in tegenstelling tot gelijkstroom (DC – direct current) waarbij de spanning altijd gelijk blijft.
Kies de juiste methode van laden
Naast de verschillende stekkers praten we tegenwoordig ook over verschillende laadtechnieken. Deze worden aangeduid met de term ‘mode’.
Mode 1
Bij mode 1 gaat het om laden via een gewoon stopcontact (maximaal 10 Ampère). Mode 1 wordt voor elektrische voertuigen vrijwel nooit meer gebruikt.
Mode 2
Mode 2 staat voor laden met een vaste laadbegrenzer via een gewoon stopcontact of een laadstation thuis. In de laadkabel zit een kastje dat de stroom beperkt tot het opladen van maximaal 10 Ampère. Het laden gaat met mode 2 erg langzaam (maximaal 3,7 kWh).
Let op: gebruik je een verlengsnoer bij het laden via mode 2, pas dan op dat dit snoer niet te warm wordt. Kies een snoer met een thermische beveiliging of een dikker snoer.
Mode 3
Onder mode 3 wordt gecontroleerd laden verstaan. In de stekker bevindt zich een zogenoemde ‘control pilot pin’ waarmee de laadkabel aangeeft hoeveel stroom er afgenomen mag worden. Om met mode 3 in de thuissituatie te kunnen laden, is een speciale aansluiting vereist. Wil je 3-fase laden via mode 3 dan moet de hoofdaansluiting in de meterkast verzwaard worden. Dit kan extra geld kosten, waaronder hogere vastrechtkosten.
Mode 4
Mode 4 laden betekent laden via gelijkstroom (DC). Hierbij bepaalt de laadpaal zelf het laadproces. Bij mode 1, 2 en 3 wordt AC omgevormd naar DC. De laadtechniek bij mode 4 (snelladen) is dan ook anders. Hiervoor zijn verschillende stekkers in gebruik. Dit zijn de CHAdeMo stekker voor Japanse auto’s, waarbij CHAdeMO staat voor CHArge to Move, de CCS stekker (Combined Charging System) de meest gebruikte stekker en in een aantal gevallen een type 2 Mennekes stekker. Deze laatste stekker zal bij snelladers gaan verdwijnen.
Twijfel je welke laadkabel geschikt is voor jouw elektrische auto? Maak gebruik van onze handige keuzehulp om tot de meest geschikte laadkabel voor jouw EV te komen.
(afbeelding: Pexels, @Kindel Media)
